Inzicht #2: Minder afval en kosten dankzij gedragskennis
Addie Weenk legt het toepassen van de doe-het-zelf formule uit
Ondergrondse afvalcontainers. In Nederland hebben we er steeds meer van. Erg handig, want je kunt 24 uur per dag je afval kwijt. Minder fijn wordt het als afval naast de container wordt gezet. Bij een op de vier 'containerparkjes' gebeurt dat. Het geeft een verloederde indruk en omwonenden gaan klagen. Hoe zorg je ervoor dat bewoners hun afval op de gewenste manier lozen? Onderzoek leverde zes succesvolle gedragsinterventies op.
Een bevoorrecht mens voel ik me: bezig zijn met toepassen gedragskennis en dan ook nog op belangrijke maatschappelijke thema’s als afval, zwerfafval/schone leefomgeving en duurzaamheid. Of circulaire economie zoals het tegenwoordig heet. Mooie gedragstruc trouwens om het zo te noemen: het brengt economen en milieudeskundigen bij elkaar, het verenigt de homo-economicus en de homo ecologicus. Goed, terug naar gedragskennis. Veel van die kennis ligt eigenlijk al best lang op de schappen. Hoewel, op de schappen: het commerciële bedrijfsleven maakt er in haar marketing en sales-activiteiten natuurlijk al heel lang bijzonder intensief en dankbaar gebruik van. Lees maar na in Brandwashed (Martin Lindstrom). Er is dus veel kennis en er wordt ook nog in rap tempo ontwikkeld. Als ik zou willen, en de verleiding is wel eens groot, zou ik me de hele dag onder kunnen dompelen in interessante nieuwe theorieën, interventietechnieken en toepassingen. Lekker absorberen en leren. Die tijd heb en krijg ik echter niet. En wellicht maar goed ook. Want het werkt ongeveer zo: als je vanuit een klein cirkeltje gevuld met verworven kennis om je heen kijkt, lijkt het of je nog een overzichtelijk deel niet weet. Ga je je kennis verrijken, dan wordt de cirkel groter. Kijk je dan opnieuw om je heen, dan blijkt dat je nog veel meer niet weet. Brrrr, verslavend, je zou er kennishebberig van worden. Een grote valkuil, want je komt aan toepassen niet meer toe. En als je er aan toekomt, kan het je onzeker maken: er zijn vast nog andere, veel betere interventies om bijvoorbeeld het schoongedrag van toeristen in een grote stad te beïnvloeden. Ik zou zeggen: kennishebberigheid prima, maar met mate.
Addie Weenk
-
Gedragsinterventies in acht grote steden. Benieuwd naar de uitkomsten?Bekijk het rapport
-
De principes van Robert Cialdini in een film.Bekijk het filmpje
-
Op een rijtje, de stappen om bewust gedrag te veranderen.Lees verder
-
Strategie ontwikkelen en het gereedschap bekijken?Publicatie CommunicatieRijk
Inmiddels is er veel theoretisch en empirische kennis over het beïnvloeden van gedrag. Deskundigen kunnen prachtige creatieve oplossingen verzinnen voor maatschappelijke en commerciële problemen/uitdagingen. Gebaseerd op een goede analyse, de customer journey en een heel arsenaal aan interventietechnieken wordt dan een keuze gemaakt en uitgewerkt.
Keuze en uitwerking zijn kennisintensieve processen, waarbij vaak de inbreng van verschillende mensen en informatiekanalen nodig is.
Extra uitdagend voor de gedragsdeskundige in zo’n proces is dat hij/zij de gedragskennis op meerdere manieren moet toepassen om de oplossing daadwerkelijk toegepast te krijgen. Tijdens het werken aan gedrag beïnvloedende interventies om het probleem op te lossen moeten de betreffende medewerkers beïnvloed worden om de oplossing te accepteren en uit te kunnen gaan voeren. Maar ook moet de beslisser in het geheel ervan overtuigd worden dat de oplossing kansrijk is. Een mooi staaltje practice what you preach.
Een prachtige valkuil ook, want menigeen denkt nog steeds dat goede oplossingen zichzelf verkopen. Vergeet het maar. Weerstanden duiken altijd op, verwacht en onverwacht. Bijvoorbeeld bij betrokkenen die gedragsbeïnvloeding associëren met sociale psychologie en daar geen enkel vertrouwen (meer) in hebben sinds enkele recente krantenberichten. Of de hardliners die zweren bij dwingen en dreigen en walgen van verleiden. Of zij die gedragsbeïnvloeding niet ethisch vinden.
Verken de weerstanden dus bij betrokkenen en pas ook daarop je ‘persuasieve’ kennis toe. E.M. Rogers heeft er een prachtig boek over geschreven (Diffusion of innovations). Succes!
Addie Weenk
‘Realiseer je dat bij gedragsbeïnvloeding de nuances erg belangrijk zijn: The devil is in the detail!’
GEDRAG = WILLEN + KUNNEN
Willen: De motivatie om echt iets te gaan doen aan de hand van verstand, gevoel en emotie en het onbewuste.
Kunnen: Je persoonlijke capaciteit en de gelegenheid om iets te kunnen.
‘Het overgrote deel van ons gedrag, zo’n 80 à 90 procent wordt aangestuurd door onbewuste motivatie. We handelen veelal uit gewoonte en reageren automatisch op bepaalde prikkels en informatie.’
Cases
-
Menukaarten met schone stranden
De Menukaart voor Ondernemers op het strand geeft tips voor een schoon strand aan paviljoens, de mobiele horeca en hotelbranche. Voorbeelden:
- Gebruik zo min mogelijk wegwerpmateriaal
- Beperk ‘overbodige’ materialen en mono-verpakkingen
-
Gedragseconomie voor onderwijsbeleid: Hoe gaat dit samen?
Gedragskennis en interventie worden volop benut in het onderwijsbeleid. Er wordt niet altijd meer verondersteld dat onderwijsbeslissingen tot stand komen door een rationele afweging. Daarnaast is er volop aandacht gekomen voor niet-cognitieve vaardigheden, zoals intrinsieke motivatie en doorzettingsvermogen.
-
De invloed van gedragseconomie
Ons denken wordt niet alleen door trage redenatie bepaald, maar ook door snelle intuïtie die we onbewust meemaken. We zijn veel minder rationeel en egoïstisch dan in het gebruikelijke economische mensbeeld wordt verondersteld. Gedragskennis speelt een grote rol in de gedragseconomie.